De blaas speelt een belangrijke rol in ons dagelijks leven; daarom is het zeker handig er het een en ander over te weten.
Het urinewegstelsel
De blaas maakt deel uit van het urinewegstelsel. De bovenste urinewegen bestaan uit de twee nieren, die in de onderrug liggen. Ze zijn aan de blaas verbonden via de urineleiders (de ureters). De urine wordt in de nieren aangemaakt en vervolgens via de urineleiders naar de blaas vervoerd.
De onderste urinewegen bestaan uit de blaas, de sluitspieren (urethrale sfincters) en de urinebuis (urethra, de buis die de urine van de blaas naar de buitenopening leidt). De blaas slaat de urine op totdat deze door de urinebuis uit het lichaam wordt geleid. De stroom van de blaas naar de urinebuis wordt geregeld door de sluitspieren. Zij openen en sluiten de uitgang van de blaas. De sluitspieren worden ondersteund door de bekkenbodem, die de organen in de onderbuik op hun plaats houdt, als een soort draagband.
Als de blaas en alle ondersteunende organen en processen goed samenwerken, voel je de drang om naar het toilet te gaan zodra de blaas ongeveer halfvol is. Het lozen van urine gebeurt dan gecontroleerd en vrijwillig.
Wist u dat:
- De nieren ongeveer 30 ml urine per uur produceren?
- De meeste mensen de drang om te plassen voelen als er een hoeveelheid van ongeveer een kopje (200 ml) urine in de blaas aanwezig is?
- Een normale blaas ongeveer 300-400 ml urine kan bevatten?
- De gemiddelde persoon 1500 ml urine per dag produceert?
- Hoe meer iemand drinkt, hoe meer urine er wordt aangemaakt?
- De meeste mensen overdag 4-8 keer plassen?
- Naarmate je ouder wordt, men ‘s nachts meer gaat plassen?
- Het belangrijk is de blaas volledig te legen omdat een kleine hoeveelheid resturine in de blaas een urineweginfectie kan veroorzaken?
Aansturing van de blaas
De blaasactiviteit wordt aangestuurd door de hersenen en het zenuwstelsel. De blaas is een spier die kan uitrekken; naarmate hij zich met urine vult, wordt de blaas groter. Het netwerk van de spieren in de blaas heeft receptoren, die reageren als de blaas zich met urine begint te vullen. Alle receptoren zijn verbonden aan zenuwen die via het ruggenmerg signalen sturen naar de hersenen, dat het nu tijd is om te plassen.
Als iemand de drang voelt om te plassen, is normaal gesproken de eerste reactie dat de sluitspieren zich aanspannen. Hierbij wordt de bekkenbodem gebruikt om de urine in het lichaam te houden totdat zich een goed moment voordoet om de urine te lozen.
